┘
┘
005
Een spoel is aangesloten op een sinusvormige wisselspanning.
a bij verlaging van de spanning neemt de stroom door de spoel toe
b bij verlaging van de frequentie neemt de stroom door de spoel af
c bij verlaging van de frequentie neemt de stroom door de spoel toe
Voor wisselspanning lijkt de spoel een weerstand te hebben
XL = 2 * pi * f * L
hoe hoger de frequentie f , hoe groter de schijnbare weerstand