001
De letter “L” in de elektronica gebruikt voor een:
a condensator
b spoel
c weerstand
-
┘
┘
002
De zelfinductie van de spoel in de kring van de eindtrap van een 145 MHz zender is over het algemeen:
a veel groter dan die van een 28 MHz zender
b ongeveer gelijk aan die van een 28 MHz zender
c veel kleiner dan die van een 28 MHz zender
-
003
De zelfinductie van een spoel:
a neemt toe bij meer windingen
b neemt af bij meer windingen
c is niet afhankelijk van het aantal windingen
-
004
In een tijdschriftartikel wordt gesproken over "82 mH".
Deze aanduiding behoort bij een:
a weerstand
b condensator
c spoel
-
006
De henry is de eenheid van:
a capaciteit
b frequentie
c zelfinductie
-
005
Een spoel is aangesloten op een sinusvormige wisselspanning.
a bij verlaging van de spanning neemt de stroom door de spoel toe
b bij verlaging van de frequentie neemt de stroom door de spoel af
c bij verlaging van de frequentie neemt de stroom door de spoel toe
007
Een spoel is aangesloten op een sinusvorm ige wisselspanning.
Juist is:
a bij verlaging van de spanning neemt de stroom door de spoel toe
b bij verlaging van de frequentie neemt de stroom door de spoel af
c bij verlaging van de frequentie neemt de stroom door de spoel toe
-
008
De eenheid van zelfinductie is:
a ohm
b henry
c farad
-