003
Tijdens het moduleren van een FM-telefoniezender met een toon van constante amplitude varieert
a de frequentiezwaai van het uitgezonden signaal
b de frequentie en de amplitude van het uitgezonden signaal
c de amplitude van het uitgezonden signaal
d de frequentie van het uitgezonden signaal
ad a de zwaai is vast ingestelt op 3 KHz
ad b en c de amplitude varieert bij AM
1 Elektriciteitsleer, elektromagnetisme en radio theorie
┘