023
De staandegolfverhouding in een antennekabel wordt bepaald door:
a het aan de antenne toegevoerde vermogen gedeeld door het afgegeven vermogen van de zender
b het afgegeven vermogen van de zender min het vermogen toegevoerd aan de antenne
c de som van het afgegeven vermogen van de zender en het aan de antenne toegevoerde vermogen
d de mate waarin de zendantenne-impedantie afwijkt van de karakteristieke impedantie van de kabel
SGM = RL/Rz
┘