Frequentie.
 
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Wat is de frequentie?

Wat is de periode tijd?

f = p/s = 3/1 = 3Hz

De periode tijd:

f = 1/t     >>>    t=1/f = 1/3 = 333ms
Wat is de frequentie?

Wat is de periode tijd?

f = p/t

f = frequentie

p = aantal perioden

t = tijd

f =p/t = 3/0,5 = 6Hz

De periodetijd

t = 1/f = 166.67ms
Figuur 1
Figuur 2