┘
┘
001
De secundaire spanning van een transformator:
a is altijd lager dan de primaire spanning
b kan hoger of lager zijn dan de primaire spanning
c is altijd hoger dan de primaire spanning
-
002
Transformator T2 dient voor het:
a verkrijgen van de juiste voedingsspanning
b aanpassen aan de luidspreker-impedantie
c opwekken van de BFO-spanning
-
003
Eén van deze toepassingen van een transformator is niet juist:
a aanpassen van antenne aan kabel
b versterken van vermogen
c wijzigen van wisselspanning
-
004
De weerstand R is:
a 100 Ohm
b 2500 Ohm
c 200 Ohm
-
005
In een voedingsapparaat wordt de aangeboden netspanning omgezet naar een andere wisselspanning door:
a de transformator
b de gelijkrichter
c het filter
-
006
Transformator T1 dient voor het:
a verkrijgen van de gewenste voedingsspanning
b opwekken van de BFO-spanning
c aanpassen van de luidspreker
-
007
Een If-uitgangstransformator van een ontvanger:
a verzorgt de geluidsversterking
b voorkomt dat wisselstroom door de luidspreker loopt
c past de If-eindtrap en de luidspreker op elkaar aan
-