┘
-
Vragenboek Novice Licence
017
In de schakeling zijn alle weerstanden 100 ohm.
In R2 wordt een vermogen gedissipeerd van 1 watt. In R1 wordt een vermogen gedissipeerd van:
a 1W
b 2W
c 4W
R2 = 1 W
dus R3 ook 1 W
Rt = R2 + R3
Rt 100 +100 = 200 Ohm
dus 200 Ohm // 2 Watt
P = I2 x R
I2 = P / R
I = √ P / R
I = √ 2 / 200
I = √ 0.01
I = 0.1 A // 200 Ohm
De stroom zal dus bij 100 Ohm verdubbelen = 0.2 A
P = I2 x R
P = 0.22 * 100 = 4 Watt
┘