031
De amperemeter met een inwendige weerstand Ri wijst 4 ampere aan.
Met gesloten schakelaar S wijst de amperemeter 7 ampere aan.
De spanning U en de inwendige weerstand Ri zijn:
a 26 V 1 ohm
b 28 V 1 ohm
c 24.5 V 0.5 ohm
d 26 V 0.5 ohm
I = U / R(6+Ri) = 4 A
I = U / R(3+Ri) = 7 A
4A = 6+Ri = 7A = 3 +Ri
?I van 3A bij 3+Ri ohm
Ri = 3/3 =1 ohm
U = I x R = 4 * (6+1) = 28V
U = I x R = 7 x (3+1) = 28 V
┘
U=I*R
┘