jj_03_05_001v
001
In het uitgangssignaal van de AM-detector komt teveel middenfrequentsignaal voor.
Dit is te verbeteren door:
a de weerstand R kleiner te maken
b de condensator C groter te maken
c de kringen op een lagere middenfrequentie af te stemmen
d de kringen te dempen
-
002
Om uitstraling van harmonischen door een zender te beperken wordt in de zenderuitgang een filter opgenomen.
Dit moet zijn:
a hoogdoorlaatfilter
b staandegolffilter
c laagdoorlaatfilter
d seinsleutel klikfilter
-
003
De diodeschakeling D is hier een:
a balansmodulator
b frequentievermenigvuldiger
c bruggelijkrichter
d frequentiemodulator
-
004
De detector bestaat o.a. uit
a C20 ,R15 ,R16 ,Q4
b L15 ,D1 , C19 ,R14
c D2 , R12 ,C14 ,C17
d L11 ,C11 ,Q3 ,R11
-
005
De schakeling stelt voor:
a een op het lichtnet aangesloten voedingsschakeling
b een frequentie discriminator
c een amplitude modulatie detector
d een fase discriminator
-
006
De schakeling stelt voor:
a een actief filter
b een AM-detector
c een somversterker
d een verschilversterker
-
007
Met een product-detector worden gewoonlijk de volgende klassen van uitzending gedetecteerd:
a EZB en FM
b FM en AM
c AM en CW
d CW en EZB
-
┘