jj_03_02_007v
002
De kantelfrequentie van dit filter is ongeveer:
a 3300 Hz
b 1000 Hz
c 50 Hz
d 500 Hz
-
003
Dit schema stelt voor:
a bandsperfilter
b hoogdoorlaatfilter
c banddoorlaarfilter
d laagdoorlaatfilter
-
001
De 3 dB bandbreedte van een parallelkring met een resonantiefrequentie van 21 MHz en een Q van 70 is:
a 1470 Khz
b 600 Khz
c 300 Khz
d 150 Khz
-
004
In een laagfrequent versterker wenst men signalen met frequenties boven het hoorbare gebied te onderdrukken.
Welk filter wordt toegepast?
a filter 2
b filter 1
c filter 3
d filter 4
-
005
Het signaal uit de signaalgenerator heeft een constante amplitude en doorloopt de frequentieband van 100 Hz tot 100 Khz.
De aanwijzing van de buisvoltmeter verloopt daarbij ongeveer zoals in:
a grafiek 4
b grafiek 1
c grafiek 3
d grafiek 2
-
006
Een breedband-antenneversterker is aangesloten tussen een TV-antenne en een TV-ontvanger.
Bij het inschakelen van een HF-amateurzender worden alle TV-kanalen gestoord.
Deze storing is in het algemeen op te heffen door:
a een banddoorlaatfilter achter de versterker te plaatsen
b de antennemast waaraan de versterker is bevestigd te aarden
c een laagdoorlaatfilter voor de versterker te plaatsen
d een hoogdoorlaatfilter voor de versterker te plaatsen
-
007
Een bitstroom wordt in FSK gemoduleerd met een shift van 170 Hz en een symboolsnelheid van 50 baud.
De benodigde bandbreedte van het uitgezonden signaal is in de praktijk:
a 250 Hz
b 8500 Hz
c 170 Hz
d 50 Hz
-
008
Dit is het schema van een:
a hoogdoorlaatfilter
b frequentieonafhankelijk filter
c bandfilter
d laagdoorlaatfilter
-
009
Dit is het schema van een :
a modulator
b verchilversterker
c hoogdoorlaatfilter
d laagdoorlaatfilter
-
010
Dit is het schema van een :
a bandsperfilter
b banddoorlaatfilter
c hoogdoorlaatfilter
d laagdoorlaatfilter
-
011
Dit is het schema van een:
a somversterker
b laagdoorlaatfilter
c banddoorlaatfilter
d hoogdoorlaatfilter
-
012
De kantelfrequentie van dit filter bedraagt ongeveer:
a 160 Khz
b 625 Hz
c 100 Khz
d 1 Khz
-
┘