001
De tijdbasis van de oscilloscoop is zo ingesteld, dat 1 schaaldeel overeenkomt met 5 miliseconde
de frequentie van de aangelegde spanning is
a 40 Khz
b 50 Hz
c 1.6 Khz
d 25 Hz
-
002
Instelling oscilloscoop:
Horizontaal 2 micosec/schaaldeel
Vertikaal 25 V/schaaldeel
Uit dit beeld leidt u af ???
-
015 Frequentie
f = p / s f = 1 / t f = p / t
003
Van een wisselstroom wijzigt de stroomrichting 3.500.000 maal per seconde van richting:
De frequentie bedraagt:
a 7000 Khz
b 3500 Khz
c 1750 Khz
d 825 Khz
-
004
Een sinusvormig signaal van 100Veff heeft op t=0 een nuldoorgang van neg naar positief.
Een kwart periode later is de momentele waarde:
a +100V
b +70.7V
c +141.4V
d -141.4V
-
005
De tijdbasis van een oscilloscoop is ingesteld op 1 microseconde per schaaldeel.
De frequentie van het signaal is:
a 500 Khz
b 250 Khz
c 50 Khz
d 25 Khz
-
006
Een sinusvormige spanning van 100 Veff heeft op t=0 een nuldoorgang van negatief naar positief.
Driekwart periode later is de momentele waarde:
a + 70 V
b - 141.4 V
c + 141.4 V
d + 100 V
-
007
De frequentie van een wisselspanning bedraagt 100 hz.
Het aantal perioden dat in 5 minuten verloopt is:
a 20
b 30000
c 1200
d 500
-
024
Een kristalcalibrator met een grondfrequentie van 100 Khz heeft een afwijking van +10 Hz.
Indien men op een ontvanger de 35ste harmonische waarneemt is de frequentie van deze harmonische:
a 3500.350 Khz
b 3500.035 Khz
c 3503.500 Khz
d 3501.000 Khz
-
009
Als van een wisselspanning de tijdsduur van één periode 0,008 seconde bedraagt,is de frequentie:
a. 7500 Hz
b. 125 Hz
c. 0,008 Hz
d. 0,48 Hz
-
010
De duur van één periode is:
a t1
b t2
c t3
d t3 – t1
-
025
De golflengte van de 3de harmonische van een 10 Mhz signaal is:
a 3.33 m
b 90 m
c 30 m
d 10 m
-
012
De frequentie van een radiogolf is 3 Ghz.
Wat is de golfllengte?
a 1 m
b 0.01 m
c 0.1 m
d 10 m
-
013
Een sinusvormige wisselspanning van 100 Veff heeft op t=0 een nuldoorgang van negatief naar positief.
Een halve periode later is de momentele waarde:
a 0 v
b +50 v
c -141.4 v
d +141.4 v
-
026
Een mf-spoel wordt met litzedraad in plaats van met massief draad gewikkeld, om:
A. de temperatuur coëfficiënt te verkleinen
B. de vulfactor te vergroten
C. de koperverliezen te verkleinen
D. de parasitaire capaciteit te verkleinen
-
027
Een kristaloscillator met een grondfrequentie van 100 Khz heeft een afwijking van +10 Hz.
Indien met op een ontvanger de 35ste harmonische waarneemt is de frequentie van deze harmonische:
a 3501.000 Khz
b 3500.035 Khz
c 3503.500 Khz
d 3500.350 Khz
-
016
Een sinusvormige wisselspanning heeft een effectieve waarde van 100 volt.
De momentele waarden van deze wisselspanning liggen tussen:
a -100 V +100V
b -70.7 V +70,7 V
c 0 V +141,4 V
d -141,4 V +141,4 V
-
017
De spanning loopt 900 voor op de stroom in:
a 2
b 1
c 4
d 3
-
018
Een wisselstroom heeft een frequentie van 3500 Khz.
Het aantal malen dat de stroom per seconde van richting verandert bedraagt:
a 1750000
b 7000000
c 825000
d 3500000
-
019
De effectieve waarde van de spanning is:
a 177 v
b 141 v
c 0 v
d 353 v
-
020
De gemiddelde waarde van de stroom over het tijdsinterval van 0 tot π/2 seconde is:
a πA
b 2/πA
c πA
d 0A
-
021
De frequentie is:
a 2,5 Hz
b 1 Hz
c 50 Hz
d 5 Hz
-
022
De periodeduur van een golfvorm bedraagt 2 milliseconde.
De frequentie is dan:
a 500 Hz
b 200 Hz
c 2 Hz
d 50 kHz
-
023
De frequentie is:
a 2,5 Hz
b 40 Hz
c 2,5 Khz
d 5 Khz
-
┘
011 VERPLAATST
-
014 VERPLAATST
-
015 VERPLAATST
-
008 VERPLAATST
-