001

Een sinusvormige spanning van 100 Veff heeft op t=0 een nuldoorgang van negatief naar positief
Driekwart periode later is de momentele waarde

a   70.7 V
b   -141.4 V
c   141.4 V
d   +100 V

-
002

De gemiddelde waarde van de stroom I brdraagt

-
010   Ueff     Ueff = Umax*0.707
003

De effctieve waarder van een sinusvormige spanning met een maximale waarde van 10 V

a   6.67 V
b   7.07 V
c   5 V
d   10 V

-
004

Een voor gelijkspanning geijkte draaispoelmeter wordt via een diodebrug aangesloten op een sinusvormige wisselspanning van 1 Khz.
De meter wijst van de spanning tussen A en B aan:

a   de maximale waarde
b   de effectieve waarde
c   de gemiddelde waarde
d   de momentele waarde

-
005

Instelling oscilloscoop:
Horizontaal:   4 µsec / schaaldeel
Verticaal:       25 V    / schaaldeel
De effectieve waarde van deze wisselspanning is:

a   35.5 V
b   71 V
c   25 V
d   50 V

-
006

Een sinusvormige spanning van 100 Veff heeft op t=0 een nuldoorgang van negatief naar positief
Een kwart periode later is de momentele waarde

a   70.7 V
b   -141.4 V
c   +141.4 V
d   +100 V

-
007

Een wisselspanning is aangesloten op een oscilloscoop met een verticale gevoeligheid van 10 volt per schaaldeel.
De effectieve waarde van de wisselspanning is ongeveer gelijk aan:

a   40 V
b   10 V
c   20 V
d   14 V

-
008

De onbelaste uitgangsspanningen U1 en U2 zijn ongeveer:

a   U1=140vU2=280v
b   U1=140vU2=140v
c   U1=100vU2=140v
d   U1=100vU2=100v

-
009

Een ideale voltmeter, geijkt voor gelijkspanning, wordt via een gelijkrichter aangesloten op een sinusvormige wisselspanning met een effectieve waarde van 10 volt.
De meter zal dan ongeveer aanwijzen:

a   7.1 v
b   9 v
c   14.1 v
d   10.0 v

-
010

De gevoeligheid van de oscilloscoop is zo ingesteld dat 1 schaaldeel overeenkomt met 100 volt.
De effectieve waarde van de wisselspanning is ongeveer gelijk aan:

a   565 V
b   70,7 V
c   141,4 V
d   282,8 V

-
011

Een sinusvormige wisselspanning heeft een effectieve waarde van 100 volt.
De momentele waarden van deze wisselspanning liggen tussen:

a   -141,4 V en +141,4 V
b   -100 Ven +100 V
c    -70,7 V en +70,7 V
d   0 V en +141,4 V

-
012

De effectieve waarde van een sinusvormige wisselspanning is:

a   ½ maal de maximale waarde
b   V2 maal de maximale waarde
c   ½V2 maal de maximale waarde
d   2/π maal de maximale waarde\

-
013

De effectieve waarde van de spanning is ongeveer:

a   0 V
b   141 V
c   177 V
d   33  V

-
014

De amplitude van een sinusvormige wisselspamning is:

a   de maximale waarde
b   de effectieve waarde
c   de gemiddelde waarde
d   1/2Ѵ2 maal de maximale waarde

-
015

De effectieve waarde van een sinusvormige wisselspanning is:

a   ½ maal de maximale waarde
b   Ѵ2 maal de maximale waarde
c   ½ Ѵ2 maal de maximale waarde
d   2/π maal de maximale waarde

-
016

Een sinusvormige wisselspanning heeft een effectieve waarde van 100 volt.
De momentele waarden van deze wisselspanning liggen tussen:

a   0 V +141,4 V
b   - 70,7 V+ 70,7 V
c   -100 V+100 V
d   -141,4 V +141,4 V

-
017

Een sinusvormige spanning van 100 Veff heeft op t=0 een nuldoorgang van negatief naar positief.
Een halve periode later is de momentele waarde:

a   -141,4 V
b   0  V
c   + 50  V
d   +141,4 V

-
018

De effectieve waarde van de spanning is ongeveer:

a   0 V
b   81 V
c   163 V
d   128  V

-
019

De amplitude van een sunusvormuge wisselspanning is gedefinieerd als de

a   topwaarde
b   topwaarde gedeeld door
2
c   top-top waarde
d   topwaarde vermenogvuldigd met
2

020

Instelling oscilloscoop
horizontaal 1µs/div
verticaal 25v/div
De amplitude van deze wisselspanning is

a   25v
b   50 v
c   100 v
d   60 v

b

-
021

Instelling oscilloscoop
horizontaal  4µs/div
verticaal 25v/div
De effectieve waarde van deze wisselspanning is

a   25v
b   35.5 v
c   71 v
d   50 v

-
022

Instelling oscilloscoop:
Horizontaal:  2 µsec / schaaldeel
Verticaal:       25 V    / schaaldeel
uit dit beeld leidt u af

a   amplitude 50 v   periodeduur 8  µsec
b   amplitude 100 v   periodeduur 4  µ sec
c   amplitude 100 v     periodeduur 8  µ sec
d   amplitude 50 v   periodeduur 4 µ sec
023

Instelling oscilloscoop:
Horizontaal:  1 µsec / schaaldeel
Verticaal:       10 V    / schaaldeel
uit dit beeld leidt u af

a   amplitude 40 v   periodeduur 2  µsec
b   amplitude 20 v   periodeduur 2  µ sec
c   amplitude 40 v   periodeduur 4  µ sec
d   amplitude 20 v   periodeduur 4 µ sec

-